portretten

Deel 1
In het eerste deel van het tweeluik Uit elkaar zien we hoe Henk en Janie, Nel en Fred en Joop en Jean omgaan met de situatie waarin zij verkeren nu hun partner gediagnosticeerd is met een vorm van dementie. 

Joop en zijn Engelse vrouw Jean zijn getroffen door verschillende ziekten waardoor ze niet in eenzelfde verpleeghuis kunnen worden opgenomen. Joop lijdt de aan de gevolgen van een beroerte en Jean heeft een vorm van dementie. Dochter Barbara vertelt dat haar vader ontroostbaar is als hij zijn vrouw een dag niet ziet, ze zijn al 65 jaar samen. Ze hoopt dat er ergens plek is voor haar ouders waar zij bij elkaar kunnen blijven.

Onlangs vierden Nel en Fred hun 60-jarige huwelijk. Beiden hopen op een gezamenlijke woning met gepaste verpleging, mocht de zorg thuis voor Nel te zwaar worden. Haar wens om bij haar man te blijven blijkt lastig te realiseren. Samen met haar dochters zoekt ze naar een oplossing.

Henk verpleegt sinds elf jaar zijn vrouw Janie. Janie kan niet meer praten en ze loopt weg als hij het huis niet goed afsluit. Omdat ze steeds meer op hem leunt, wordt zijn wereld kleiner. Waar hij vroeger graag ging bridgen blijft hij nu thuis, bang dat ze hem anders gaat zoeken. Toch zou het leven voor hem geen zin meer hebben als zij ergens anders moet gaan wonen.


Deel 2

In het tweede deel van het tweeluik Uit elkaar zien we Jeroen en Joke, Jan en Geertje en Jan en Willy omgaan met de situatie waarin zij verkeren nu hun partner gediagnosticeerd is met een vorm van dementie.

Jans’ vrouw Willy is nuchter als ze de diagnose Alzheimer te horen krijgt. Ze besluiten het vol goede moed ‘samen af te maken.’ Toch komt het moment dat Willy naar de gesloten afdeling van een verpleegtehuis moet. De waakzaamheid van vele jaren en nachten zorgdragen voor zijn vrouw, zit nog steeds in elke vezel van zijn lijf.

Jan heeft de zorg voor zijn vrouw Geertje maar lijdt zelf ook aan de nodige fysieke kwalen. “Doordat je zelf niet echt gezond bent, wordt het lastig om de zorg op te brengen. De band met haar wordt moeilijker, je krijgt zo weinig terug.” Toch slaat hij een vrijgekomen plek in een verpleegtehuis af omdat het ‘te snel gaat’. Jan is er nog niet aan toe is om Geertje te laten opnemen.

Jeroens vrouw Joke lijdt aan een progressieve vorm van Alzheimer. Hij heeft zijn baan opgezegd om zoveel mogelijk bij haar te zijn. “Ik wil zo graag goed voor haar zorgen. Ze heeft mij ook een mooi leven gegeven. Ik wil iets terug doen.” Het valt hem zwaar om haar elke dag achter te laten in het verpleeghuis waarin zij is opgenomen.