Oceanen

Geen media beschikbaar
woensdag 1 maart 2017

Er zijn mensen die de zee begrijpen op een manier die de moderne wetenschap niet kan bevatten. Het zijn gemeenschappen die in extreme afzondering leven, die in staat zijn om op zelfs de kleinste landmassa's te leven en schatten te vergaren die onder de golven of voorbij de horizon te vinden zijn. Op het eiland Lembata in Indonesië jagen de vissers van Lamalera van oudsher op enorme potvissen. Slechts gewapend met een harpoen springen ze van hun boten op de rug van de potvis. Het is een gevaarlijke klus, maar één enkele potvis kan het hele dorp van eten voorzien. Het eiland Anuta is een vlekje in de Stille Zuidzee, minder dan 750 meter breed en op ruim honderd kilometer afstand van zijn dichtstbijzijnde buur. Er wordt voornamelijk vis en yam gegeten. Maar een of twee keer per jaar, als de passaatwinden van richting veranderen, zeilen de eilandbewoners over de verraderlijke zee naar het rotsachtige eiland Fatutaka, waar ze honderden zeevogels vangen. Voor deze reis gebruiken ze speciale, gewijde prauwen en de vogels worden met een traditionele lange paal met een lus eraan gevangen. Op deze afgelegen plaats in de oceaan is het risico voor lijf en leden zeer groot.