De vier winters van Theo van den Boogaard

Geen media beschikbaar
donderdag 2 juni 2016

Nederlands meest spraakmakende striptekenaar, Theo van den Boogaard, heeft nooit een onderwerp geschuwd. Vrije seks, popmuziek, drugsgebruik en homoseksualiteit heeft hij jarenlang op humoristische wijze en in veel verschillende stijlen getekend. Nu durft hij voor het eerst zijn jongensdroom te vervullen: het illustreren en zingen van 'Four Winters in a Row'. Het persoonlijke lied dat hij op zijn zevenentwintigste schreef, over een man in zijn eindeloze zoektocht naar geluk, blijkt nog steeds actueel. Theo van den Boogaard stond begin jaren zeventig met zijn taboedoorbrekende serie 'Ans en Hans krijgen de kans' in Hitweek en later Aloha aan de wieg van de seksuele revolutie. Zijn Sjef van Oekel-strips, in samenwerking met Wim T. Schippers, oogsten ook in het buitenland nog steeds groot succes. Van den Boogaard bewijst zich daarin als meester van de Klare Lijn, de door Hergé (Kuifje) bedachte tekenstijl waarin de kunst van het vereenvoudigen voorop staat. Vooral sinds een chemobehandeling moet hij vanwege zenuwpijn in zijn hand echter steeds meer concessies doen aan de strakheid van zijn lijnen en bezint hij zich op zijn creatieve toekomst. Hoewel hij het tekenen met de kroontjespen niet kan laten - 'Het is gewoon te leuk!' - gebruikt hij steeds vaker ook lossere stijlen, zoals in Bob Dylan Illustrated. De nummers van Dylan die hij daarin van tekeningen voorzag, nam hij ook op, want eigenlijk zou hij net zo lief zanger zijn. En nu zingt hij voor het eerst zijn eigen tekst. Zal dit dan wellicht zijn creatieve toekomst worden of dient de volgende winter zich aan in het huis aan de Amsterdamse gracht?